Uit het prospectieve ACCESS-onderzoek blijkt dat allogene hematopoëtische stamceltransplantaties (HSCT) van donoren met 2 of meer HLA-mismatches de 1-jaarsoverleving niet nadelig beïnvloeden bij gebruik van post-transplantatie-cyclofosfamide (PTCy) als profylaxe tegen graft-versus-hostziekte (GVHD).
Allogene HSCT blijft voor veel patiënten, met name van niet-Europese afkomst, moeilijk toegankelijk vanwege het beperkte aantal volledig gematchte niet-gerelateerde donoren (URD). De uitkomsten van transplantaties met 1 HLA-mismatch (7 van de 8 HLA-overeenkomsten) zijn acceptabel, maar historisch zijn transplantaties met ≥ 2 HLA-mismatches geassocieerd met een slechtere overleving en hogere toxiciteit. Post-transplantatie-cyclofosfamide (PTCy) heeft de uitkomsten bij transplantaties met niet-gematchte niet-gerelateerde donoren (MMUD) aanzienlijk verbeterd. Of de mate van HLA-dispariteit tussen donor en ontvanger prognostisch blijft bij gebruik van PTCy was tot op heden onbekend.
ACCESS omvatte 268 volwassen patiënten die HSCT ontvingen van een MMUD: 85 hadden ≥ 2 HLA-mismatches en 183 hadden 1 HLA-mismatch. De mediane leeftijd van de donoren was 25 jaar. In de groep met ≥ 2 HLA-mismatches kreeg de meerderheid myeloablatieve conditionering met fludarabine/melfalan of busulfan/fludarabine. In deze groep identificeerde 61% zich als van niet-Europese afkomst.
Een jaar na transplantatie was de totale overleving 86% in de groep met ≥ 2 HLA-mismatches, versus 79% in de groep met 1 mismatch. De percentages non-relaps mortaliteit (NRM), recidieven, acute en chronische GVHD waren vergelijkbaar in beide groepen. Ook de 1-jaars graft-versus-hostvrije en recidiefvrije overleving (GRFS) was vergelijkbaar (55 versus 51%). Primair graftfalen kwam zelden voor en was beperkt tot patiënten die minder intensieve conditionering ontvingen.
De uitkomsten laten zien dat PTCy-gebaseerde GVHD-profylaxe het veilig maakt om MMUD met 4-6 van de 8 HLA-overeenkomsten te gebruiken, wat de toegang tot geschikte donoren aanzienlijk kan vergroten, vooral voor patiënten van niet-Europese afkomst.
Bron: