De kosten van dure geneesmiddelen zijn gestegen van 1,71 miljard euro in 2014, naar 2,46 miljard in 2019. Dat blijkt uit een rapport van Vektis.
Het grootste deel van de kosten (49%) gaat naar middelen die worden verstrekt voor de behandeling van kanker. Daarnaast gaat ook een aanzienlijk deel naar de behandeling van patiënten met reumatoïde artritis en inflammatoire darmziekten. Kijkend naar de kosten van individuele geneesmiddelen, concludeert Vektis dat de kosten tussen 2017 en 2018 het hardst zijn gestegen voor pembrolizumab, lenalidomide, palbociclib, darutumumab en aflibercept. Aandoeningen waarbij de kosten voor de behandeling met dure geneesmiddelen het meest zijn gestegen zijn dan ook: niet-kleincellige longkanker, multipel myeloom, borstkanker en maculadegeneratie.
Bron: Vektis