Prednison is momenteel het medicijn van eerste keuze bij longsarcoïdose. Uit onderzoek, dat is gepubliceerd in The New England Journal of Medicine, blijkt dat methotrexaat even effectief is. Het voordeel van methotrexaat is dat het bij langdurig gebruik minder bijwerkingen heeft.
Patiënten met sarcoïdose krijgen op dit moment prednison voorgeschreven als standaardbehandeling. In de PREDMETH-studie vergeleken onderzoekers prednison als voorkeursmiddel voor het eerst rechtstreeks met het medicijn methotrexaat. Methotrexaat wordt nu pas gebruikt bij longsarcoïdose als prednison onvoldoende werkt of te veel bijwerkingen geeft.
Aan de studie deden 138 patiënten uit 17 ziekenhuizen mee, die nog geen eerdere behandeling hadden gehad. De patiënten werden willekeurig verdeeld in 2 groepen: 70 ontvingen prednison en 68 ontvingen methotrexaat. De patiënten werden 24 weken behandeld en gevolgd.
Prednison en methotrexaat waren na de behandeling van 24 weken even effectief tegen de symptomen van longsarcoïdose, maar de maximale werking van methotrexaat trad later op dan die van prednison. In het totaal aantal bijwerkingen zagen de onderzoekers geen verschil tussen de groep die prednison kreeg en de groep die methotrexaat kreeg. Na 24 weken hadden patiënten die methotrexaat kregen minder bijwerkingen. De meest voorkomende bijwerkingen in de prednison-groep waren gewichtstoename, slapeloosheid en toegenomen eetlust. Misselijkheid, vermoeidheid en levertestafwijkingen waren de meest voorkomende bijwerkingen in de methotrexaat-groep.
Bron: