MS beïnvloedt zowel fysieke als cognitieve functies. Hoewel van oudsher veel aandacht uitgaat naar veranderingen in fysieke aspecten, kan cognitieve achteruitgang vroeg beginnen en fikse beperkingen in het dagelijks functioneren geven. Uit onderzoek blijkt nu dat cognitieve verslechtering vaak eerder begint dan fysieke achteruitgang.
Turkse onderzoekers selecteerden gegevens van 235 mensen uit een cohort MS-patiënten. Alle patiënten vertoonden significante cognitieve of fysieke achteruitgang gedurende een follow-upperiode van 5 jaar, met als definitie van significante achteruitgang: een verslechtering op een testscore met minimaal 20%.
Fysiek functioneren is gemeten met de Expanded Disability Status Scale (EDSS), de Nine Hole Peg Test (NHPT) en de T25-Foot Walk (T25FW). Cognitief functioneren, meer specifiek verwerkingssnelheid, verbaal en visueel geheugen, is bepaald met de Symbol Digit Modalities Test (SDMT), de California Verbal Learning Test (CVLT) en de Brief Visuospatial Memory Test (BVMT). Voor elke test, behalve de EDSS, bepaalden de onderzoekers wanneer verslechtering begon, als die optrad. Ze gebruikten vervolgens niet-parametrische toetsen voor gepaarde steekproeven om te kijken bij welke test verslechtering eerder begon, waarbij ze de 2 fysieke tests met de 3 cognitieve tests vergeleken, wat 6 combinaties opleverde.
De steekproef was relatief jong, gemiddeld 41,2 jaar (SD = 11,3), waardoor patiënten waarschijnlijk nog geen substantiële cognitieve achteruitgang door veroudering hadden. De gemiddelde ziekteduur was 12,5 jaar en de gemiddelde EDSS-score was 1,78 bij de start en 1,63 na de follow-upperiode van 5 jaar.
Uit de resultaten bleek dat achteruitgang in zowel verwerkingssnelheid, verbaal als visueel geheugen eerder begon dan fysieke verslechtering (p < 0,001 voor alle 6 vergelijkingen). Grofweg trad cognitieve verslechtering zo’n 1,2 jaar eerder op dan fysieke. Deze resultaten onderstrepen volgens de onderzoekers het belang van routinematige metingen van cognitief functioneren bij MS-patiënten, ook als zij nog geen duidelijke fysieke beperkingen hebben, wat cognitieve interventies mogelijk maakt.
Bron: