Kinderen met sikkelcelziekte blijven een hoog risico lopen op ernstige infecties, met name invasieve pneumokokkeninfecties, ondanks antibiotische profylaxe en vaccinatie. Dat blijkt uit een grootschalige Franse observatiestudie over de periode 2001 tot 2021.
Sikkelcelziekte (SCD) maakt kinderen gevoeliger voor bacteriële infecties, met name voor invasieve pneumokokkenziekte (IPD). Pneumokokkenvaccinatie in combinatie met antibiotische profylaxe heeft de incidentie van IPD bij deze patiënten verminderd. Ondanks deze maatregelen blijft hun risico echter hoger dan dat van de algemene bevolking. Infecties blijven dan ook de belangrijkste doodsoorzaak, niet alleen in lage-inkomenslanden.
In de retrospectieve studie werden 25 gevallen van pneumokokkenmeningitis bij kinderen met SCD geïdentificeerd via het Franse Nationaal Register voor Pediatrische Bacteriële Meningitis. De gemiddelde leeftijd bij presentatie was 4,6 jaar. Bij diagnose kreeg 80% profylactisch penicilline, slechts 16% werd behandeld met hydroxycarbamide.
Opvallend was het hoge sterftecijfer van 28%. Bij 5 kinderen werd de diagnose pas postuum gesteld, zonder dat antibiotische behandeling was gestart. De initiële symptomen waren vaak aspecifiek, wat snelle herkenning bemoeilijkte. Aseptische meningitis met positieve bloedkweek kwam voor bij 28% van de patiënten.
Serotypering liet zien dat in 65% van de gevallen niet-vaccinserotypen betrokken waren. Bij 39% werd een stam aangetroffen die niet gevoelig was voor penicilline. Bij veel patiënten bleek de vaccinatiegeschiedenis onvolledig: slechts 35% had het volledige schema (4 doses) van het pneumokokkenconjugaatvaccin gekregen, de helft had ooit een dosis van het polysacharidevaccin PPSV-23 ontvangen. Verder werden 1 bevestigd vaccinfalen en 2 doorbraakinfecties gerapporteerd.
De onderzoekers concluderen dat pneumokokkenmeningitis nog steeds een ernstig en levensbedreigend probleem vormt bij kinderen met sikkelcelziekte in Frankrijk. Nieuwe pneumokokkenvaccins met bredere serotypedekking zouden mogelijk kunnen bijdragen aan verdere vermindering van het infectierisico in deze kwetsbare groep.
Bron: