Bij clusterhoofdpijn kan langdurige remissie optreden, maar vooralsnog is er weinig bekend over dit fenomeen. Een Nederlandse studie laat nu zien dat remissie vaak rond het 55e jaar begint, met een grote leeftijdsvariatie tussen patiënten. De uitkomsten kunnen handvatten geven aan neurologen die de vraag krijgen of de clusterhoofdpijn ooit overgaat.
Promovenda Willemijn Naber uit het LUMC gebruikte gegevens uit een cohort van patiënten met clusterhoofdpijn. Op basis van een online screening en een telefonisch interview selecteerde ze mensen met clusterhoofdpijn die in langdurige remissie was. De gehanteerde definitie was: 1) geen huidige profylactische behandeling en 2) ≥ 5 jaar aanvalsvrij en/of bij episodische clusterhoofdpijn tweemaal de gemiddelde tijd tussen episodes.
De onderzoekster includeerde 125 deelnemers. De mediane leeftijd waarop hun hoofdpijn was gestart, was 29 jaar (IQR 20-42). Bij de start van de remissie was de mediane leeftijd 55 jaar (IQR 48-63), met een grote leeftijdsvariatie (15-74 jaar). De clusterhoofdpijn duurde mediaan 23 jaar (15-33) voordat zij in remissie ging. Ook hierin was veel variatie, met een ziekteduur tussen minimaal 6 weken en maximaal 55 jaar.
Rond de 3 op de 5 deelnemers (62%) gaven aan dat de remissie abrupt was begonnen. De overige 38% rapporteerde dat, in de periode voor de remissie, de hoofdpijnaanvallen minder frequent (65%) en intens (59%) werden en dat het interval tussen de hoofdpijnaanvallen toenam (52%). Verschillende factoren verlaagden de ziekteduur tot het moment van langdurige remissie, namelijk episodische clusterhoofdpijn (vergeleken met chronische clusterhoofdpijn, HR 6,60), pijnlijkere aanvallen (HR 1,28), een hogere leeftijd waarop de clusterhoofdpijn begon (HR 1,05) en stoppen met roken (HR 2,53). Interessante uitkomst: de meeste patiënten brachten dat laatste zelf niet in verband met de start van de langdurige remissie.
Bron: