Amerikaanse onderzoekers hebben drie biologische subgroepen patiënten met diffuus grootcellig B-cellymfoom (DLBCL) geïdentificeerd die significant verschillen in hun respons op CD19-gerichte CAR T-celtherapie. De resultaten, gepubliceerd in Cancer Cell, kunnen helpen bij de selectie van patiënten.
DLBCL is een klinisch en biologisch heterogene lymfoïde maligniteit met een complexe micro-omgeving die centraal staat in de etiologie van de ziekte. Niet iedere DLBCL-patiënt reageert hetzelfde op CD19 CAR T-celtherapie. Dat was al bekend, maar hoe groot die verschillen precies zijn en waardoor ze worden bepaald, bleef lang onduidelijk.
De onderzoekers analyseerden in deze grootschalige studie meer dan 1,8 miljoen cellen uit 232 biopsiemonsters van 217 zowel nieuw gediagnosticeerde als eerder behandelde patiënten. Op basis van de analyses werden LymphoMAP’s opgesteld, die een gedetailleerd beeld geven van de samenstelling van de tumormicro-omgeving en hoe de aanwezige cellen communiceren met de kwaadaardige B-cellen.
Validatie
De bevindingen werden gevalideerd met data uit de fase III ZUMA-7-studie, waarin de effectiviteit van axicabtagene ciloleucel (axi-cel) werd vergeleken met standaardbehandeling bij patiënten met recidiverend of refractair DLBCL. Op basis hiervan konden de onderzoekers drie primaire tumormicro-omgevingen onderscheiden die elk een opvallend verschillende respons op CAR T-celtherapie lieten zien.
De onderzoekers beschreven een eerste groep patiënten, de fibroblast/macrofaaggroep, met tumoren die worden gekenmerkt door een overvloed aan kankergeassocieerde fibroblasten en een relatieve schaarste aan T-cellen. Deze groep laat een gemengd responsprofiel zien op CAR T-celtherapie, maar behoudt klinisch voordeel van conventionele chemotherapie. In de tweede groep, de lymfekliergroep, zijn de tumoren rijk aan T-cellen en worden ze ondersteund door niet-hematopoëtische cellen die normaal in lymfeklieren voorkomen. Patiënten in deze groep hebben het grootste voordeel van CAR T-celtherapie. De derde groep, de T-cel uitgeputte groep, bestaat uit tumoren waarin uitgeputte CD8-T-cellen en geactiveerde macrofagen domineren. Deze patiënten hadden nauwelijks klinisch voordeel van CAR T-celtherapie; zij hebben alternatieve behandelingsstrategieën nodig.
Voorspellen behandeluitkomsten
Deze studie bevestigt dat niet alle patiënten met DLBCL in gelijke mate profiteren van CD19 CAR T-celtherapie. De biologische samenstelling van de tumormicro-omgeving kan een doorslaggevende factor zijn bij het voorspellen van behandelingsuitkomsten. Voor hematologen betekent dit dat toekomstige behandelkeuzes niet langer uitsluitend gebaseerd zullen zijn op klinische kenmerken of genetische mutaties, maar in toenemende mate op een geïntegreerd profiel van de tumor en haar omgeving.
Onderzoeksleider Michael Green (University of Texas M.D. Anderson Cancer Center) benadrukt dat de onderliggende biologie niet alleen verband houdt met respons op CAR T-celtherapie. “Deze studie markeert een cruciale stap in het verfijnen van precisiegeneeskunde voor patiënten met DLBCL door rekening te houden met de niet-kwaadaardige cellen die de kwaadaardige B-cellen omringen en ermee communiceren.”
Bron
Li X, Singhal K, Deng Q, et al. Large B cell lymphoma microenvironment archetype profiles. Cancer Cell. 2025;43:1347-64.e13.
Dit interview is verschenen in MedNet Hematologie – Special CAR T. Ook deze artikelen zijn in de Special CAR T verschenen: