Bij minder dan 1% van de niet-gesteelde colorectale poliepen (LNPCP’s) in het rechtercolon doorgestuurd voor endoscopische resectie, kwam laagrisicokanker geschikt voor endoscopische behandeling voor. Dat blijkt uit een grote, multicenter cohortstudie. Dit resultaat suggereert dat een universele strategie voor de verwijdering van zulke LNPCP’s waarschijnlijk weinig verbetering in patiëntuitkomsten zal opleveren.
Steeds vaker wordt endoscopische submucosale dissectie (ESD) aanbevolen als behandeling voor non-invasieve grote (≥ 20 mm) LNPCP’s om potentiële laagrisicokankers te genezen. Het effect van radicale en bloc poliepectomie voor de behandeling van LNPCP’s in het rechterdeel van het colon op oncologische uitkomsten is echter onbekend. Gauci et al. onderzochten dit daarom in een groot, prospectief cohort van westerse patiënten die waren doorverwezen voor endoscopische resectie (ER) van een of meerdere LNPCP’s. Zowel patiënten bij wie kanker werd geconstateerd na de ER, als patiënten die meteen werden geopereerd, werden geïncludeerd.
In een periode van 180 maanden (tot juni 2023) werden er 3.294 sporadische LNPCP’s (mediane grootte 30 mm; interkwartielafstand 22,5-37,5 mm) verwijderd uit het rechtercolon bij 2.956 patiënten uit 7 centra. Van de 63 patiënten (2,1%) die meteen werden verwezen voor een operatie werd bij 56 (88,9%) inderdaad kanker gevonden. Bij de 2.851 (96,4%) patiënten die eerst ER van LNPCP’s (mediane grootte 35; 25-45 mm) ondergingen, werd bij 75 (2,6%) kanker aangetoond. De prevalentie van kanker in het rechtercolon was voor beide groepen samen 4,4% (n = 131).
In 115 van de 131 gevonden kankergevallen (88%) kon het weefsel gedetailleerd histopathologisch onderzocht worden. Uit die analyse bleek dat minder dan 1% (0,78%) van de sporadische LNPCP’s in het rechtercolon laagisicokankers waren.
Bron: