Bij een operatie voor een heup- of knieprothese leidt een ruggenprik mogelijk tot minder infecties dan algehele narcose. Een veelgebruikte bacterietest vooraf biedt daarentegen nauwelijks bescherming, blijkt uit het proefschrift van Ruben Scholten.
Infecties na een heup- of knieprothese vormen een ernstige complicatie met grote gevolgen voor patiënten. Tijdens zijn promotieonderzoek ging Scholten na hoe de diagnostiek, behandeling en preventie van deze infecties verbeterd kan worden. Bij heupoperaties vergroot het verwijderen van eerder geplaatst metaal het risico op infectie, waardoor het verdelen hiervan over 2 aparte ingrepen veiliger lijkt.
Hoewel een sneltest tijdens de operatie soms wordt ingezet om verborgen infecties op te sporen, levert die geen zekerheid op. Wanneer toch een infectie ontstaat, volgt meestal een schoonmaakoperatie in combinatie met antibiotica. Daarbij lijkt een combinatie van middelen beter te werken dan 1 antibioticum. Als een eerste behandeling faalt, biedt een tweede schoonmaak soms alsnog uitkomst. Dit proefschrift benadrukt volgens Scholten de noodzaak tot verdere verbetering van de zorg.
Scholten (1990) begon in 2018 aan zijn promotieonderzoek bij de orthopedie in Rijnstate, en startte met de opleiding tot orthopedisch chirurg in 2019. Momenteel rondt hij deze specialisatie af.
Bron: