Bij onderwater endoscopische mucosale resectie (EMR) van intermediaire colorectale tumoren wordt een vergelijkbare resectiediepte gehaald als met de conventionele EMR. In sommige gevallen is de snijdiepte zelfs groter. Japanse onderzoekers presenteerden hun resultaten tijdens UEG Week 2025.1
Van de zogenoemde onderwater EMR-methode (underwater endoscopic mucosal resection, UEMR) was al bekend dat deze het tumorweefsel consistent met negatieve snijranden kan verwijderen. Maar of de snijdiepte die van de conventionele EMR kon evenaren, was nog onduidelijk.
Bij UEMR wordt de darmholte gevuld met een zoutoplossing zodat de te verwijderen tumor volledig onderwater staat; bij reguliere EMR wordt een zoutoplossing in de submucosa onder de basis van de tumor geïnjecteerd.
Resectiediepte
Vanuit het NHO Kure Medical Center and Chugoku Cancer Center in Kure, Japan, vergeleken onderzoekers de behaalde resectiediepten van beide endoscopische technieken. Daarvoor zijn 217 patiënten bij wie een colorectale tumor van een intermediaire grootte endoscopisch verwijderd moest worden, gerandomiseerd naar een van beide behandelmethoden.
Over de hele groep gezien, kwamen de behaalde resectiediepten met elkaar overeen: 1688,9 μm bij UEMR en 1510,0 µm bij EMR (voor non-inferioriteit mocht het verschil niet groter zijn dan 400 μm). Maar bij subgroepanalyses bleken er wel significante verschillen in de behaalde resectiediepte. In het coecum en het opstijgende colon was de resectie bij UEMR ruim 700 μm dieper dan bij EMR. Bij een tumor met een oppervlakkige morfologie kon met UEMR het tumorweefsel tot 500 μm dieper worden weggesneden. Daarbij benaderden onervaren endoscopisten dezelfde snijdiepte als die professionele endoscopisten behaalden.
Volgens de onderzoekers kan UEMR bij de verwijdering van intermediaire colorectale tumoren een gouden standaard voor de endoscopische resectie worden; ze bevelen de methode sterk aan bij een tumor in het coecum of de colon ascendens.
Bron: