Een grootschalige longitudinale analyse van medische gegevens van meer dan 100 miljoen Amerikanen toont een consistente relatie tussen heractivatie van het varicellazostervirus en een verhoogd risico op dementie.
De onderliggende oorzaken van dementie zijn complex en nog niet volledig begrepen. Genetische factoren, vasculaire en metabole aandoeningen, evenals diverse leefstijlfactoren worden in verband gebracht met een verhoogd risico op het ontwikkelen van dementie. Er is bovendien toenemend bewijs voor een mogelijke rol van neurotrope humane herpesvirussen bij dementie en de ziekte van Alzheimer, in het bijzonder het herpessimplexvirus type 1 (HSV-1) en varicellazostervirus (VZV), die bij de meeste volwassenen aanwezig zijn.
In deze studie wordt gekeken naar de mogelijke rol van VZV. Reactivatie van het virus kan leiden tot herpes zoster (HZ) en andere neurologische symptomen. Om confounders uit te sluiten, analyseerden de onderzoekers bijna 400 patiëntkenmerken, waaronder demografische factoren, comorbiditeiten en medicatiegebruik.
Ze ontdekten dat recidiverende HZ-episodes het dementierisico verhogen in vergelijking met een enkele HZ-episode. Vaccinatie met HZ-vaccins, zowel het live-attenuated zostervaccin als het recombinante HZ-vaccin, was geassocieerd met een verlaagd risico op dementie. Dit beschermende effect nam echter na verloop van tijd af en correleerde sterk met het afnemen van de vaccinbescherming tegen HZ. Het risico op dementie werd het meest verlaagd bij mensen die meerdere doses van het recombinant-vaccin ontvingen en bij mensen met een verhoogd risico op HZ.
De studie suggereert dat heractivatie van VZV een risicofactor voor dementie is die mogelijk kan worden beïnvloed. Dit biedt kansen voor preventieve interventies bij kwetsbare groepen, zoals oudere volwassenen en mensen met een verhoogd risico op gordelroos.
Bron: