Voor het eerst is een levertransplantatie van varken naar patiënt geslaagd. Acute afstoting bleef uit, maar na een maand trad wel een ernstige complicatie op. Artsen noemen de operatie desondanks een medische doorbraak.
Onder leiding van Wenjie Zhang transplanteerden Chinese chirurgen een stukje lever van een varken naar een 71-jarige patiënt met hepatocellulair carcinoom en hepatitis B-gerelateerde cirrose. De rechterkwab moest volledig worden verwijderd, waardoor er te weinig weefsel overbleef en een transplantatie nodig was, maar daar kwam de patiënt niet voor in aanmerking. Volgens de auteurs van het artikel, dat verscheen in Journal of Hepatology, was de varkenslever een laatste optie. Het dier was genetisch gemodificeerd om afstoting de beperken.
Na de operatie was de lever metabolisch actief. Het orgaan produceerde gal, albumine en stollingsfactoren. Ook hielp het varkensweefsel de eigen lever om deels te herstellen. Er was geen acute afstoting, maar na een maand ontstond er xenotransplantatiegeassocieerde trombotische microangiopathie (xTMA). De varkenslever werd daarom na 38 dagen verwijderd, waarna de xTMA verdween met behulp van eculizumab en plasmaferese. Nog eens 4 maanden later overleed de patiënt na meerdere maagbloedingen.
In een commentaar noemen artsen de procedure een ‘doorbraak’, maar ze benadrukken ook dat onder andere xTMA een ‘groot obstakel’ vormt dat varkenslevertransplantatie voorlopig geen betrouwbare optie maakt.
Bron:
Journal of Hepatology